BricQ Motion Essential
Zeilwagen
Ahoi! Bouw een zeilwagen en onderzoek een onzichtbare duwkracht.
Welk zeil vangt de meeste wind en zorgt ervoor dat je zeilwagen de grootste afstand aflegt?
30-45 min
Intermediair
Groep 2
Voorbereiden
- Bekijk het online materiaal voor leerlingen. Gebruik een scherm of digibord om dit materiaal tijdens de les aan je leerlingen te laten zien.
- Maak een testzone voor de zeilwagens:
- Je hebt hiervoor een gladde ondergrond van ongeveer 3 meter lang en 1 meter breed nodig.
- Maak met afplaktape een startlijn.
- Als je geen ventilators hebt, laat je leerlingen dan met de deksels van de opbergdozen wapperen of in hun zeilen blazen om ‘wind’ te creëren.
- Zorg ervoor dat je in een eerdere les het concept duwen hebt behandeld.
- Houd rekening met de vaardigheden en achtergrond van je leerlingen. Pas de les aan om ervoor te zorgen dat iedereen eraan mee kan doen. Raadpleeg het gedeelte Differentiatie hieronder voor suggesties.
Activeren
(Hele klas, 5 minuten)
- Bekijk de leerlingenvideo hier of via het online materiaal voor leerlingen.
- Breng een gesprek op gang over de duw- en trekkracht van wind en over de manier waarop de vorm van een zeil ervoor zorgt dat er zoveel mogelijk wind kan worden gevangen.
- Stel vragen als:
- Hoe beweegt een zeilwagen zich? De wind duwt hem.
- Kun je de wind zien? Nee, maar je kunt de effecten van de wind wel zien.
- Als de leerlingen er zelf niet helemaal uitkomen, kun je vragen stellen als:
- Hoeveel verschillende soorten zeilen heb je in de video gezien?
- Welke zeilvorm en -grootte werkt volgens jou het best?
- Vertel de leerlingen dat ze een zeilwagen gaan bouwen en hun eigen zeil gaan ontwerpen.
- Geef iedere groep een set.
Onderzoeken
(Kleine groepjes, 30 minuten)
- Laat de leerlingen in tweetallen het zeilwagenmodel bouwen. Vertel je leerlingen dat ze om de beurt de stenen kunnen zoeken en kunnen bouwen, waarbij ze na iedere stap wisselen.
- In het gedeelte Tips hieronder vind je extra ondersteuning voor tijdens het bouwen.
- Laat de leerlingen minstens twee papieren zeilen maken en testen zodra ze klaar zijn met bouwen.
- Deel 1: Laat de leerlingen voorspellen welke afstand hun zeilwagen met de verschillende soorten zeilen zal afleggen. Laat ze een steen of minifiguur naast de testzone zetten op de plek waar ze denken dat hun zeilwagen per testronde zal stoppen. Laat ze de afstand met een meetlat meten. Zorg ervoor dat ze de resultaten na iedere testronde noteren (Ondersteuning voor de leraar - Bijkomende hulpmiddelen).
- Deel 2: Laat de leerlingen nadat ze al hun zeilen hebben getest:
- Allemaal nog één zeil ontwerpen (d.w.z. twee per groep)
- Hun zeilwagens nog een keer testen
- Bepalen welke zeilvorm het best is en waarom
- Als er voldoende tijd is, laat de klas dan een zeilwagenwedstrijd houden met hun favoriete zeilen.
Uitleggen
(Hele klas, 5 minuten)
- Laat de leerlingen hun modellen aan klasgenoten presenteren.
- Stel vragen als:
- Met welk soort zeil legde je zeilwagen de grootste afstand af? Waarom?
- Leg uit dat de vorm en grootte van het zeil ervoor zorgen dat het zeil wind kan vangen en de zeilwagen zo naar voren kan duwen. Vertel ook dat de richting van de wind de beweging kan beïnvloeden. Grotere zeilen vangen meer wind dan kleine zeilen, waardoor ze ervoor zullen zorgen dat de auto sneller gaat en dus een grotere afstand aflegt.
Uitbreiden
(Hele klas, 10 minuten)
- Stel de leerlingen vragen om hen te helpen de sterke en zwakke punten van hun zeilen en zeilwagens te vergelijken. Enkele suggesties:
- Met welk zeil legde je zeilwagen de grootste afstand af?
- Waarom denk je dat juist dit het beste ontwerp was? Kwam het door de vorm? Door de grootte? Of door iets anders?
- Wat zou je kunnen aanpassen om hem nog beter te maken?
- Geef de leerlingen voldoende tijd om hun modellen uit elkaar te halen, de stenen in de juiste bakken op te bergen en het lokaal op te ruimen.
Evaluatiemogelijkheden
(Gedurende de hele les)
- Stel ondersteunende vragen om ze ‘hardop te laten denken’ en ze te laten uitleggen welke denkprocessen en redeneringen ten grondslag lagen aan de beslissingen die ze tijdens het bouwen van hun modellen hebben genomen.
Observatiechecklist
- Beoordeel hoe goed de leerlingen kunnen beschrijven hoe verschillende soorten zeilen wind vangen en hoe dit van invloed is op de manier waarop de zeilen de wagens voortbewegen.
- Maak naar eigen inzicht een schaalverdeling, bijvoorbeeld:
- Heeft extra ondersteuning nodig
- Kan zelfstandig werken
- Kan het aan anderen uitleggen
Zelfevaluatie
- Laat alle leerlingen een steen kiezen die volgens hen het best hun prestatie weergeeft:
- Groen: Met een beetje hulp kan ik beschrijven wat de concepten ‘duwkracht’ en ‘trekkracht’ betekenen.
- Blauw: Ik kan beschrijven wat de concepten ‘duwkracht’ en ‘trekkracht’ betekenen.
- Paars: Ik kan beschrijven en uitleggen wat de concepten ‘duwkracht’ en ‘trekkracht’ betekenen en ik kan een klasgenoot hier uitleg over geven.
Feedback met klasgenoten
- Laat de leerlingen in kleine groepjes bespreken hoe ze de samenwerking hebben ervaren.
- Stimuleer ze om hun ervaringen als volgt te verwoorden:
- Ik vond het leuk toen je ...
- Ik zou graag willen weten hoe je ...
Tips
Modeltips
- De leerlingen kunnen hun zeilen uitknippen of het papier gewoon scheuren. Stimuleer ze om het papier ook eens dubbel te vouwen en het zeil zo langs de vouw steviger te maken.
- De LEGO® papercliponderdelen, die onder- en bovenaan het zeil kunnen worden bevestigd, zorgen ervoor dat het zeil op zijn plek blijft. Als het papier te dun is, kan het uit de clips worden geblazen. Als dit gebeurt, vouw het papier dan één of twee keer dubbel om het dikker te maken en ervoor te zorgen dat het blijft zitten.
- De zeilen moeten minstens 15,5 cm groot zijn, omdat ze anders niet in het standaardmodel van de zeilwagen passen. De leerlingen kunnen hun mast groter of kleiner maken, maar zullen de hoogte van hun zeil daar wel aan moeten aanpassen.
- De leerlingen kunnen de zeilwagens met een ventilator wegblazen, een deksel van een opbergdoos als handventilator gebruiken of zelf in de zeilen blazen.
- Ze kunnen na iedere testronde een minifiguur met een geruite vlag bij de plek zetten waar de auto tot stilstand is gekomen. Als een bepaalde afstand wordt verbeterd, moeten ze de minifiguur naar het nieuwe punt verplaatsen. Als de afstand niet wordt verbeterd, kunnen ze de minifiguur laten staan.
Differentiatie
Vereenvoudig deze les door:
- De leerlingen twee verschillende zeilen te laten testen (laat ze alleen rechthoekige en driehoekige zeilen maken)
Verhoog de moeilijkheidsgraad door: - De leerlingen te stimuleren verschillende materialen voor hun zeilen te gebruiken (bijvoorbeeld alleen LEGO® stenen, karton, enz.) en hen vervolgens te laten onderzoeken hoe dit de prestatie van hun zeilwagen beïnvloedt
Uitbreidingen
(Let op: dit neemt extra tijd in beslag.)
Laat de leerlingen voor de ontwikkeling van hun rekenvaardigheid met LEGO® stenen per twee, vijf of tien stenen de afstand schatten, meten en vergelijken die hun zeilwagens afleggen.
Ondersteuning voor de leraar
De leerlingen:
- Ontdekken welke effecten een sterke en minder sterke windkracht op de beweging van een zeilwagen heeft
- LEGO® Education BricQ Motion Essential sets (één set per twee leerlingen)
- 2 à 3 middelgrote ventilators (idealiter één per acht leerlingen)
- Potloden
- Scharen
- 3 vellen papier per groepje
- Meetlatten
W&T, 21e eeuwse vaardigheden en kerndoelen
- Leerlingen ontwikkelen kennis en inzicht over onderwerpen uit hun leefwereld (W&T; PO KD 42, 45);
- De leerlingen ontwikkelen een nieuwsgierige, exploratieve houding (W&T);
- De leerlingen leren onderzoeken en ontwerpen (W&T; PO KD 42, 44, 45);
- Leerlingen leren hierbij gebruik maken van vakoverstijgende vaardigheden zoals reflecteren en samenwerken (21e eeuwse vaardigheden), taalvaardigheden (PO KD 1, 2, 3) en reken/wiskunde-vaardigheden. (PO KD 23, 32, 33).
Materiaal voor de leerlingen
Leerlingenwerkblad
Downloaden, bekijk of deel als online HTML-pagina of als een afdrukbare pdf.